Femke Zwiep – Speciaal spiegeltje met uitzicht op wat een proloog zou kunnen zijn OF in medias res op je kraanwagen het verhaal binnenkomen rijden

Dit is een voorpublicatie uit De Revisor #37: Pastiche, die in september verscheen. Femke Zwiep (1999) schrijft poëzie over ziekte, gekte, geloof en magie. Ze studeerde Creative Writing aan ArtEZ, droeg onder meer voor tijdens Vers van het Mes en op Lowlands en publiceerde in DW B en Wobby. Ze is redactielid bij Samplekanon en werkt momenteel aan haar debuutbundel. Voor De Revisor schreef ze twee gedichten geïnspireerd door Annie M.G. Schmidt, waarvan we er hier een delen. 

 

SPECIAAL SPIEGELTJE MET UITZICHT OP WAT EEN PROLOOG ZOU KUNNEN ZIJN of IN MEDIAS RES OP JE KRAANWAGEN HET VERHAAL BINNEN KOMEN RIJDEN

 

als een torenkamer leegstaat en je daar precies in past
moet je je niet laten tegenhouden
door woningbouwverenigingen, verenigingen van eigenaren
bemoeizuchtige buren met spuitbussen, smetvrees
braakneigingen bij het aangezicht van vredelievende insecten
evenals allerhande allergieën
zijn bijkomstigheden

er zijn ook altijd vriendelijke winkeliers, vaders (van andere kinderen)
majoors, admiralen met gigantisch lange paarden
wetenschappers, kluizelaars, vreemde dunne dames

het is goed om verschillende volwassenen te kennen

tantes waar je bij gaat wonen
als je onberekenbare vader op een schip gaat werken
of als je voogden beren zijn

met tantes
of tanteachtige figuren
kan het een aantal kanten op

we spreken zelden van moeders of ooms
buurjongens, daarentegen:
in overvloed
die spijt hebben
of ziek zijn en naar zee moeten

als je spijt hebt moet je dat zeggen
als je naar zee moet ga je naar zee

een fluisterend beestje kan je de weg wijzen
je moet luisteren en geduld hebben
als een dier je iets vertellen wil
opent het zijn bek en spreekt

toen ik dat nog niet snapte stond ik altijd op de uitkijk
dat is, op een bepaalde manier, nooit overgegaan
al ben ik nu groter en heb ik een baan
ik zoek een hoog punt op in elk verhaal

alles gebeurt: de kat van de buren is jarig of gaat dood
je moet, om wat voor reden, een appel met mes en vork eten
je excuses aanbieden, iemand teleurstellen
het gras is eerst fel in de zon en verbleekt dan
je valt in slaap tijdens verstoppertje, valt in de sloot
gaat kaal, redt een paard, een tuin, een vogel of een stad
je laat de kraan openstaan, een schuimvloed
je krijgt een medaille omdat je iets goed hebt gedaan
ik weet niet meer wat
je bent in de war dus word je uit de war gehaald
en als dat niet lukt ga je er wonen
kom ik gewoon op bezoek

het is niet erg dat het tegelijk plaatsvindt, of naast elkaar
maar dat het allemaal gebeurt vind ik zo vreselijk soms

ik had meer antwoorden verwacht
in het algemeen bedoel ik
het hindert niet
ik zoek een hoog punt op

een zolder
waar ik iets terugvind
een heel speciaal spiegeltje
waarvan er nog één ander is

als ik erin kijk
kijkt aan de andere kant iets
wat lijkt op een proloog me aan
het is fijn om te denken
dat er iets is vóór het begin
zo lijkt het alleen maar

ik ben de jongen die op de eerste pagina uit het kraanwagentje stapt
ik kijk door de spijlen van mijn bed naar de muizen in het mandje
ik maak mijn jurk vies, kruip door de heg

het verhaal begint zo plots
als het stopt (is alles anders en/of goed)

zwermen ergens vogels nog
als ze terugkomen regent het
briefpapier, contracten, versjes
confetti