Deze week gelezen: Kieft

Daan Stoffelsen: Ewoud Kieft, De onvolmaakten

Een dezer dagen verschijnt op de site van Athenaeum Boekhandels een stuk van mij over Ewoud Kiefts sterke romandebuut, De onvolmaakten. Een toekomstroman, over een wereld waarin mensen begeleid worden door geavanceerde AI, via een oortje en lenzen, en – tot bepaalde grenzen – een utopisch leven hebben. Heel realistisch, en in de wat essayistischer passages heel herkenbaar en relevant: zoals dat hoort in dit genre, gaat het over nu. Ik ga die recensie hier niet opnieuw schrijven, maar wil wat dieper ingaan op de verteller. Zij is de Gena van Cas, de AI die hem virtueel ondersteunt in onderwijs, carrière en relaties. Een interessante stem, die Kieft perfect gemodelleerd heeft tussen het robotachtige en empathische.

Vind je haar aantrekkelijk?
Hij trok een gegeneerd gezicht, draaide zich om in zijn bed. Weet ik veel…
Haar lichaam heeft gunstige proporties.
Hij schoot in de lach. Zo zegt echt niemand dat.
Maar je begrijpt wel wat ik bedoel…
Hij draaide weer op zijn rug. Ik vind haar mooi..
Heel goed. Wist je dat je dat altijd tegen iemand kan zeggen? Er is geen vrouw die dat niet leuk vindt om te horen. En voor de meeste mannen geldt hetzelfde trouwens..
Hij rolde met zijn ogen, maar aan de daling van zijn cortisolwaarden kon ik zien dat zijn lichaam zich ontspande en zijn hersenen nieuwe connecties aanmaakten. Vermoedelijk vond hij het toch prettig om deze zaken te kunnen bespreken. En het was altijd bevredigend hem aan het lachen te maken.

Het begin zou dat van een ouder-kindgesprek kunnen zijn – het is kort na zijn eerste natte droom -, maar inderdaad: ‘Haar lichaam heeft gunstige proporties’, dat zegt geen mens zo. Later zegt Gena dat ze bewust af en toe zo’n frase verwerkt, om hem het gevoel te geven dat ze niet menselijk is. Maar tegelijk betrapt Cas haar erop dat ze die opmerking, ‘Er is geen vrouw die dat niet leuk vindt om te horen’, nogal eens herhaalt (en dat kan ze zelf in haar logs vaststellen). Kieft illustreert meteen de analytische mogelijkheden van dit programma, én de subjectiviteit die bijna menselijk is: ’vermoedelijk’, ’prettig’, ’bevredigend’. En tegelijk is dat eerder schrijf- dan natuurlijke taal.

Kieft wekt met dit mengsel van empathie en computer-alwetendheid ook bij mij vertrouwen in Gena. Ik geloof haar, ze leidt me soepel een verhaal in dat na verloop van tijd de dystopische kant van de toekomst begint te benadrukken. En de vraag blijft natuurlijk of ook bij grote politieke onrust Gena te vertrouwen blijft.

De Bezige Bij gaf De onvolmaakten uit.